17.43 uur vertrek vanaf station Horst-Sevenum. Plukjes PSV-supporters in de trein die zich zullen moeten haasten om de aftrap tegen Union om 18.45 uur niet te missen. Drukte rondom het Philips Stadion.
Iiiivo Rossen, ta-ta-ta-ta
Iiiivo Rossen, ta-ta-ta-ta
schalt het na afloop door het stadion. Le roi est mort, vive
le roi. Trainers vooral niet belangrijker maken dan ze zijn. Passanten zijn
het, een noodzakelijk kwaad. John Lammers? Op de winkel gepast, geen
onuitwisbare indruk achtergelaten, geen indruk eigenlijk, hij gaat niet gemist
worden, nu al vergeten.
***
Gansch het raderwerk staat stil, als Uw machtige arm het
wil,
heette het bij de spoorwegstaking in het jaar dat VVV werd
opgericht. Drie kwartier voor aanvang staat het verkeer onderaan d’n Berg
stil. Omdat drie bussen gevuld met Helmonders het stadion ingeloodst moeten worden.
Het gigantisch blik agenten dat voor de gelegenheid is opengetrokken vormt een
erehaag voor de passerende bussen. Minzaam glimlachend en wuivend kijken de
Helmonders vanuit hun verheven positie op hen neer. Gansch
het raderwerk staat stil, als Uw machtige arm het wil.
***
‘Had mijn vrouw maar één zo’n been’,
zei Godfried Bomans ooit over de benen van Marlene Dietrich.
Haar landgenoot Philip Heise heeft slechts één been dat de moeite waard is. Het
linker. Wát een linkerbeen. Wát een eer dat dat linkerbeen zich heeft verwaardigd
om dit seizoen het gras van De Koel te kussen.
***
‘Volgens mich is de geluidsinstallatie gemàk’,
hoor ik een van de mannen achter me zeggen. Volgens mij ook.
Na al die geluidsarme jaren ineens een geluidsbombardement. Het is ook nooit
goed.
***
hoor ik een man met een telefoon aan z’n oor op de terugweg
richting station zeggen. Het ging inderdaad goed op en neer. En er werd hard
gewerkt. En het was redelijk spannend. En het bleef droog. En er was weinig
publiek. En Ait Mouhou en Matoug moeten voorlopig maar de eerste keus op de
vleugels blijven. Maar een mooie wedstrijd? Mwah. Daarvoor viel er te lang te
weinig te beleven.
***
‘Ik ging naar Bommel om de brug te zien’,
dichtte Martinus Nijhoff ooit. Ik ging naar De Koel om Het Linkerbeen
van Heise te zien.