1.
‘Kom! Kom! Rustig!’, tettert een vrouw, die haar hondje uitlaat, in mijn oor,
terwijl ik onderweg ben van station naar stadion. Het duurt even voordat ik
besef dat ze het niet tegen mij maar tegen haar hondje heeft.
‘Heej, ut is roëd, Ger!’, roept een vrouw tegen wat vermoedelijk haar man is,
als die door rood fietst, waardoor ik een uitwijkende manoeuvre moet maken terwijl
ik onderweg ben van station naar stadion.
Enerverender zou het deze middag niet meer worden.
Saai saai saai.
Saai maar spannend.
Nee, spannend maar saai.
2.
De Man Schuin Achter Me, de originele welteverstaan, is vandaag ineens De Man
Achter Me. Hij heeft veel te lang ontbroken op het appèl. Hij bekroont zijn joyeuse
rentrée met tal van klassiekers uit z’n repertoire. ‘De scheids is op
zich wel oké.’ ‘Het wordt een moeilijke wedstrijd.’ En dan, als VVV
in de 27e minuut een corner krijgt, de goddelijkste van allemaal: ‘Let op Ketting!
Hij gaat scoren!’ Natuurlijk scoort Ketting niet: nog nooit heeft een
speler van wie De Man Schuin Achter Me vol overtuiging had voorspeld dat hij uit
een corner ging scoren, daadwerkelijk uit die corner gescoord.
3.
Alles heeft een eerste keer. Ook zitten op een bedje van Saharazand op een
Koelstoel.
4.
‘Het stikt hier van de beesten.’
Dixit De Man Schuin Achter Me. Het
duurt even voordat ik besef dat hij het niet over de tribuneklanten in z’n
nabije omgeving heeft, maar over een soort van vliegende mieren.
5.
Op de onderste rij zit een oudere man in een rood VVV-shirt, met op z’n hoofd een
geelzwart petje en in z’n hand een geelzwart vlaggetje. Hij maakt een enigszins
kindse indruk. Hij wil met elke speler die langs de zijlijn loopt op de foto.
Geen enkele speler weigert. Telkens is de man intens blij. Diep ontroerend.
6.
De saaiheid van de wedstrijd verleidt De Man Schuin Achter Me geregeld tot niet
voetbalgerelateerde beschouwingen. Bijvoorbeeld over de prijzen van de
appartementen naast het Venlose stadskantoor. Of over de prijs van een biefstuk
in Amsterdam: ‘27 euro.’ Wat in zijn ogen in vergelijking met Venlo best
meevalt. ‘Maar in Amsterdam is het zonder frietjes en hier met’, countert z’n
partner.
7.
Kosidis heeft het gedaan bij een paar irritant luidruchtige mannen schuin
achter me. Terwijl Kosidis min of meer hetzelfde doet als hij altijd doet,
namelijk vooral z’n beperkingen tonen. Erger is dat Smans z’n dag niet heeft.
8.
0-1, 79e minuut. Je kon er op wachten.
9.
‘Un geliekspel waas verdeend gewaes’, hoor ik enkele keren opstijgen uit de
menigte die na afloop
d’n Berg afdaalt. Oneens.
10.
‘Dan maar Fortuna!’, schreeuwt de jongen van een jaar of 15, 16, die net voor
me uit de trein is gestapt tegen z’n kameraad. Waarna een tirade volgt waarin
het woord ‘tering’ met enige regelmaat luid en duidelijk opklinkt.
Fortuna – hoe komt ie er in godsnaam bij?